Uit elkaar gaan is duurder dan je denkt

Jij en je partner gaan nooit uit elkaar, toch? Helaas gaat dat lang niet altijd op: bijna vier van de tien relaties gaan ook weer ‘uit’. Met alle gevolgen van dien, zoals bijvoorbeeld de vraag wie er in het huis blijft wonen. En of daar wel genoeg geld voor is.

Natuurlijk denk je daar liever niet over na als je verliefd, verloofd of getrouwd bent. Of als jullie samen een (eerste) huis gaan kopen. Maar eigenlijk zou dat wel verstandig zijn. Een scheiding heeft namelijk ook financiële gevolgen en die kunnen behoorlijk ingrijpend zijn.

Gezamenlijk koophuis

Dat geldt zeker als jullie in een koophuis wonen. Dat behoort meestal tot het gezamenlijke vermogen. Als jullie in gemeenschap van goederen zijn getrouwd of samenwonen, is het huis vaak voor de helft van de een en voor de helft van de ander. Datzelfde geldt voor de hypotheek.

Wil één van jullie in er blijven wonen? Dan moet hij of zij de ander uitkopen. Als je niet voldoende vermogen zoals spaargeld hebt, zul je de hypotheek moeten verhogen. Maar gaat de bank wel akkoord? Zeker met de huidige huizenprijzen is dat vaak een probleem.

Lukt het niet om je ex uit te kopen? Dan zitten jullie nog lang aan elkaar vast omdat hij of zij nog (mede)eigenaar is. Ook bestaat dan de kans dat jullie op termijn het huis moeten verkopen.

Ander huis kopen

Tenminste één van jullie zal ergens anders willen gaan wonen. Dat kan in een huurhuis zijn of een koophuis. In het laatste geval zul je waarschijnlijk een (nieuwe) hypotheek moeten afsluiten. Met deze spreadsheat van het Nibud kun je uitrekenen hoeveel je ongeveer kunt lenen. Als je alimentatie aan je ex moet betalen, is dit bedrag lager.

Wordt jullie gezamenlijke huis met overwaarde verkocht? Dan wil de overheid dat je die winst investeert in je nieuwe huis. Doe je dat niet, dan krijg je minder hypotheekrenteaftrek. Meer informatie hierover vind je op de website van de Belastingdienst.

Alimentatie

Als jullie zijn getrouwd of een geregistreerd partnerschap hebben en één van jullie heeft geen of weinig inkomen, dan kan hij of zij na de scheiding recht hebben op partneralimentatie.

De duur van het recht op alimentatie is gelijk is aan de helft van de duur van het huwelijk en kent een maximum van vijf jaar. Als jullie relatie zes jaar heeft geduurd, is er dus maximaal drie jaar recht op partneralimentatie. Bij tien jaar of langer is dat vijf jaar. Op deze regels gelden enkele uitzonderingen, onder andere voor partners met jonge kinderen en voor vijftigplussers die lang getrouwd zijn geweest.

Voor kinderalimentatie zijn er andere regels omdat ouders een zogenoemde onderhoudsplicht hebben. Jij en je ex moeten dus allebei meebetalen aan de kosten van jullie kinderen. Denk bijvoorbeeld aan huisvesting, eten en drinken, verzorging en opvoeding. De kinderalimentatie loopt in principe door totdat een kind 21 jaar is. Studeert het dan nog? In dat geval blijft de onderhoudsplicht van kracht als dit financieel haalbaar is.

Hypotheek verhogen of een nieuwe afsluiten

Gaan – of zijn – jij en je partner uit elkaar en wil je graag in jullie huis blijven wonen of juist een andere woning kopen? Maak dan eens een afspraak met me. Als Erkend Financieel Adviseur kan ik voor je uitzoeken wat er mogelijk is als je je hypotheek wilt verhogen of een nieuwe hypotheek wilt afsluiten. Ik help ik je graag, dus neem gerust contact met me op.

Ziek of werkloos: kun jij de hypotheek dan wel betalen?

Wist je dat één op de tien werkende mensen in Nederland zo ziek wordt dat hij of zij nooit meer (helemaal) aan de slag kan? En dat je bij werkloosheid na twee maanden hooguit 70% van je laatstverdiende loon krijgt én dat je niet langer dan twee jaar recht op een uitkering? Stel dat het jou gebeurt. Kun jij de hypotheek dan wel betalen?

Of je nu al een huis hebt of van plan bent om binnenkort je eerste woning te kopen, het is altijd verstandig om ook stil te staan bij minder leuke scenario’s. In dit artikel laten we je zien hoe groot de impact van ziekte en werkloosheid kan zijn.

Financiële gevolgen

Eind 2019 waren er in Nederland ruim 800.000 mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Elk jaar komen daar meer dan 50.000 bij. Toch houdt bijna niemand er rekening mee dat het hem of haar kan overkomen. Daardoor kijken we ook niet naar de financiële gevolgen ervan.

Voor werkloosheid geldt hetzelfde. Jij denkt vast ook dat je zo weer een andere baan vindt, mocht je werkloos worden. Maar wat als een hele sector opeens stilvalt? Sinds de corona-crisis weten we dat het zomaar kan gebeuren. En als het je wel lukt, is het dan wel een baan met hetzelfde salaris als je nu hebt?

Wettelijke regelingen arbeidsongeschiktheid

Wie na twee jaar ziek te zijn geweest (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt blijft, kan voor een uitkering in aanmerking komen. Je moet dan wel voor tenminste 35% zijn ‘afgekeurd’. Ben je 30% arbeidsongeschikt? Dan krijg je niets. Op de website van het Nibud vind je een duidelijke uitleg.

Rekenvoorbeeld 1: volledig arbeidsongeschikt

Maria is een topvertegenwoordiger en heeft een brutosalaris van € 7.000 per maand. Dan raakt ze betrokken bij een auto-ongeluk. De gevolgen zijn zo ingrijpend, dat ze niet meer kan werken. In de eerste twee jaar krijgt Maria 70% van haar loon doorbetaald vanwege de Ziektewet. Haar bruto-inkomen daalt naar € 4.900. Daarna blijkt dat ze volledig arbeidsongeschikt blijft en krijgt ze nog maar € 3.675 bruto per maand. Haar inkomsten zijn dus bijna gehalveerd.

Rekenvoorbeeld 2: minder dan 35% arbeidsongeschikt

Hans is teamleader bij een middelgroot bedrijf. Hij heeft een brutosalaris van € 5.000. Door verdrietige gebeurtenissen in zijn familie raakt Hans depressief. Nadat hij twee jaar in de Ziektewet heeft gezeten (met een bruto-uitkering van € 3.500) wordt hij bij de keuring voor 30% arbeidsongeschikt verklaard. Hans gaat weer 70% aan het werk. Zijn nieuwe salaris is € 3.500 bruto en hij krijgt geen uitkering.

Rekenvoorbeeld 3: 50% arbeidsongeschikt

Jeroen werkt in de zorg en heeft een brutosalaris van € 2.500. Op een dag vertilt hij zich, waardoor hij blijvende rugklachten krijgt. Na twee jaar Ziektewet (inkomen: € 1.750 bruto) wordt Jeroen voor 50% afgekeurd. Zijn nieuwe salaris wordt € 1.250 bruto. Verder krijgt hij een uitkering van € 875. Zijn bruto inkomen is dus € 2.175.

Wettelijke regeling werkloosheid

Als je buiten je eigen schuld om werkloos wordt, heb je recht op WW. Die bedraagt de eerste twee maanden 75% van je laatstverdiende loon (over een maximaal bruto bedrag van € 4.900 per maand) en daarna 70%. Afhankelijk van je werkverleden krijg je de uitkering langer of korter: minimaal drie maanden, maximaal twee jaar. Ook hierover heeft het Nibud een helder artikel gepubliceerd.

Bijstand en koophuis

Heb je na die periode geen andere baan gevonden? Dan kom je in de bijstand. Je inkomen daalt dan naar het minimumloon (€ 1.700 bruto per maand) als je getrouwd bent of samenwoont. Ben je alleenstaand? Dan krijg je slechts € 1.190 bruto per maand.

Heb je een koophuis dat tenminste € 53.000 meer waard is dan het openstaande hypotheekbedrag? Dan kan de gemeente bepalen dat de bijstand geen uitkering is, maar een lening. Je moet je huis dan dus gedeeltelijk ‘opeten’. Meer hierover lees je bij de Rijksoverheid.

Verzekering of niet?

Twijfel jij of je je huis nog wel kunt betalen als je ziek of werkloos wordt? Als Erkend Financieel Adviseur kan ik voor je berekenen hoe jouw financiële plaatje eruit komt te zien, mocht het je overkomen.

Pas als je weet wat de impact is, kun je besluiten of je het risico wilt lopen of niet. Zo niet, dan kun je een verzekering afsluiten die jouw inkomen gedeeltelijk of helemaal aanvult. Ook daarover adviseer ik je graag.