Minister Dijsselbloem van Financiën is bezig de regels rondom rentemiddeling aan te passen. Hij wil dat die in de toekomst niet meer in het nadeel van de hypotheekklant mag uitpakken. Dijsselbloem noemt het “onwenselijk als kredietverstrekkers bij rentemiddeling een hogere vergoeding dan het financieel nadeel in rekening brengen bij de consument”.
Dijsselbloem werkt aan nieuwe regels: ook rentemiddeling mag niet in nadeel klant
De minister schrijft dat in antwoord op Kamervragen van CDA’er Erik Ronnes. Hij pleitte er afgelopen maand voor dat de nieuwe AFM-leidraad voor de berekening van boeterente voor het vervroegd aflossen van hypotheken ook zou gaan gelden voor rentemiddeling.
Geen aflossing bij rentemiddeling
Dijsselbloem laat weten dat deze leidraad nu inderdaad niet opgaat voor rentemiddeling. “Bij rentemiddeling wordt niet direct een vergoeding betaald door de klant, maar wordt een nieuwe rente overeengekomen die de klant gaat betalen over een nieuwe rentevast periode”, schrijft hij aan de Tweede Kamer. “Kredietverstrekkers hebben aangegeven dat de consument bij rentemiddeling feitelijk niets aflost van het hypothecair krediet. De regels die zien op de berekening van de vergoeding voor vervroegde aflossing zijn daarom niet van toepassing.”
Wijziging Besluit Gedragstoezicht
Omdat hij het onwenselijk acht dat hypotheekverstrekkers klanten benadelen bij rentemiddeling, werkt hij aan nieuwe regelgeving. Hij wil daarvoor het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft (BGfo) aanpassen. Dijsselbloem belooft de Kamer op korte termijn een voorstel hiervoor naar Eerste en Tweede Kamer te sturen. Ook houdt hij een internetconsultatie.
AFM-onderzoek
Bovendien schrijft de minister dat de AFM een onderzoek start naar de vergoeding die in rekening wordt gebracht bij rentemiddeling en bij oversluitingen van de rentevaste periode bij de huidige kredietverstrekker. “Als uit het onderzoek blijkt dat de vergoeding hoger is dan het financieel nadeel dan zal de AFM in het licht van de voorgestelde wetswijziging kredietverstrekkers hier op aanspreken. Indien nodig zal de AFM verduidelijking bieden over de berekening van de vergoeding.”